Bij problematiek rashond heb ik het probleem der genen uitgelegd.
We moeten dus trachten de genenpool welke er is zoveel mogelijk te verspreiden.
We moeten weten met welke inteeltmate we fokken en wat combinaties aan inteelt
geeft.
Dit berekenen we niet met de hand maar hier hebben we een heel mooi programma
voor met daarin heel veel Entlebucher Sennenhonden.
Als je met dit programma gaat werken zul je zien, dat alle entlebuchers in
Nederland familie van elkaar zijn.
Het is niet zo dat wij zo iets anders fokken als andere of dat andere zo iets
anders fokken als dat wij doen.
Je ziet hier ook de mate van inteelt van de honden. Standaard rekenen wij met 6
generaties.
Wat zegt de genetische hondenwereld in Nederland hierover en welke uitleg geven
deze hieraan.
Hieronder een lezing.
Mijn laagste inteeltpercentage is 7,5% over 10 generaties.
Als je dit getal voorlegt, is dit nog te hoog, maar lager lukt mij niet.
Oplossing is volgens de genetica alleen te verkrijgen door "ander bloed" in te fokken.
Ander bloed wil zeggen kruisen met een ander ras dat zeker gevrijwaard is van de ziektes die wij kennen.
Maar ja, dat is Einde rashond.
De Raad erkent alleen raszuiver gefokte honden.
En alleen deze geven ze een stamboom.
Of het echt einde rashond moet zijn, weet ik niet.
Bij de schapen, is het gelukt (uit ook niet zo'n hele grote genenpool) om een
heel goed fok programma op te zetten, met verspreiding van de aanwezige
genenpool en een groot aantal ziektes hierdoor terug te dringen.
Ik hoop dat dit de rashond ook zal lukken.
Het ministerie gaat hier in samenwerking met de Raad van Beheer en de
universiteit een programma voor op zetten.
Ook in België vindt momenteel onderzoek plaats in opdracht van het Ministerie
aldaar.
Ze zijn begonnen met onderzoek onder 11 rassen.
Hiervan zijn de eerste resultaten bekend.
Gemiddelde inteeltgraad voor dieren geboren laatste 10 jaar varieert van 4% tot
28%
• Effectieve grootte varieert 14 tot 117
(3 rassen OK, 3 matig goed, 5 te laag)
• MAAR
aantal volledig gekende generaties (CGE) laag in vergelijking met andere
landbouwhuisdieren
=> waarschijnlijk onderschatting van inteeltgraad en overschatting genetische
variatie
Ze waarschuwen nu om op te letten dat.
• Strenge selectie leidt per definitie tot een afname van de genetische
diversiteit
Het radicaal uitsluiten van alle dragers uit de fokkerij kan perverse effecten
hebben op de genetische diversiteit !!
Onderzoek gaat verder.
Nu verbeteren pedigreebestanden van de 11 onderzochte rassen (over stamboeken,
buitenland, hulp
rassenclubs…)
• Uitbreiding van de rassen (11 => 23)
• Verificatie van de resultaten mbv. moleculaire informatie